PROTOCOL: welk chemisch afval moet waarin?

In de gootsteen
Spoel de volgende verdunde oplossingen door de gootsteen:

• Waterige oplossingen van maximaal ca. 0.1 mol/liter alleen de volgende ionsoorten mogen bevatten: H+ , Na+ , K+ , NH4+ , Ca2+ , Mg2+ , Fe2+ , Fe3+, OH- , sulfaat, nitraat, fosfaat, carbonaat, acetaat, en chloride.
• Waterige oplossingen van maximaal 10% van ethanol of azijnzuur of aceton.

In de afvalvaten
Alle vast afval (behalve niet verontreinigd nat of droog papier) moet in de blauwe chemicaliën-afvalvaten in de zuurkasten gedaan worden.
Het is bij reactieve chemicaliën echter vrijwel altijd gewenst om ze eerst op te lossen (in water of aceton als dat mogelijk is) en ze dan als oplossing te behandelen, als hierboven vermeld.


Speciale aandacht geldt voor de volgende “zwarte lijst” stoffen:

• Halogeenhoudende organische verbindingen: Bijzonder streng regime en met name ten aanzien van lozing in het riool:
• Per practicumzaal mag per dag niet meer dan 50 mg geloosd worden in het riool.
• Zware metalen (Cu, Zn, Pb, Ni, Cr, Ag, Cd): de totale concentratie van deze ionsoorten in te lozen afval moet altijd lager dan 300 microgram per liter zijn. (Werken met kwikverbindingen is geheel verboden, m.u.v. bij polarografie).
• Benzeen, tolueen, ethylbenzeen, xyleen. Per dag mag van deze stoffen niet meer dan 50 mg per practicumruimte geloosd worden in het riool.

Bij extracties met organische oplosmiddelen dienen alle “waterlagen” in de afvalvaten te worden gedeponeerd. Hetzelfde geldt voor de meeste filtraten.

Verontreinigd glaswerk
moet eerst met een geschikt oplosmiddel voorgespoeld worden: daarbij hebben water en aceton de voorkeur. Het kan nodig zijn iets anders te gebruiken. In het algemeen moet drie keer voorgespoeld worden. Alle voorspoelvloeistof moet in de afvalvaten gedaan worden, als anorganisch afval (zuur of basisch) of organisch afval (al of niet halogeenrijk). Pas daarna kan zo nodig onder de kraan of in de afwasmachine verder gespoeld worden. Let erop dat het eerste spoelen van vuil glaswerk niet op de zaal of bij een grote wasbak mag, maar in een zuurkast moet als het gaat om sterk giftige/riekende stoffen!

NB.
Het verwerken van het chemisch afval kost de Universiteit gemiddeld ca. € 4,- per liter of kg. Denk ook aan de energie die nodig is voor transport en verdamping en/of verbranding!